Opinie en verhaal

Column: Het gaat zoals het gaat

- advertentie -

Liefdevol. Dankbaar. Weemoedig. Zo denk ik terug aan mijn moeder waar wij tweeënhalve maand geleden afscheid van hebben moeten nemen. Een gemis, vooral voor mijn vader omdat hij altijd het dichtst in de buurt was van mijn moeder. Ruim 65 jaar hebben ze lief en leed gedeeld, hebben ze een leven opgebouwd op een eiland waardoor ze voornamelijk op henzelf aangewezen waren.

- advertentie -

Ga er maar aanstaan: wonen op een eiland en van alle ongemakken voorzien.

Want eind jaren 50 waren de voorzieningen op het eiland nog lang niet optimaal en ze moesten daarbij ook nog eens integreren in de eilander samenleving, een samenleving die daar overigens wel open voor stond. Dat had natuurlijk ook te maken met het feit dat je elkaar nodig hebt in een kleine gemeenschap, maar wellicht had het gastvrije karakter van de eilander hier ook mee te maken, gezien de opkomst van het toerisme in die jaren.

Het was wennen voor mijn ouders, maar ze waren klaar om alle hordes te nemen.

Een van die hordes was dat ‘even’ naar je ouders gaan om advies te vragen of gewoon voor de gezelligheid er niet meer bij was. Want hun ouders woonden in Zaandam en Jutphaas (Nieuwegein) dus als er dan plannen waren om erheen te gaan, vergde dat een goede organisatie omdat ze afhankelijk waren van boot, bus en trein. Die hadden nog niet zo’n uitgebreid netwerk zoals we dat tegenwoordig kennen want men was nog steeds bezig met de wederopbouw na de verschrikkingen van de oorlog. Telefoneren behoorde ook nog niet tot het normaal, maar brieven schrijven daarentegen wel.

- advertentie - - advertentie -

Er werd dan ook heel veel geschreven zodat familie van overzee op de hoogte bleef.

Nu ik zelf ouder en misschien zelfs wel wat wijzer geworden ben, begrijp ik steeds beter hoe moeilijk het proces ‘van kind naar volwassen worden’ eigenlijk is. Ik zie dat steeds helderder voor ogen als ik kijk naar onze jongens, hoe ze hun jeugd doorlopen hebben en nu werken aan het volwassen leven.

Het leven waar ze zo naar verlangden toen ze nog klein waren.

Want toen mochten ze niks. En werden ze daar boos om, begrepen ze niet waarom het ene wel en het andere niet mocht. Voor mij was dat ook een strijd als jonge vader. En mijn ouders woonden niet om de hoek omdat ik ervoor gekozen had het eiland te verlaten en aan de wal een leven op te bouwen. Ik kon wel putten uit eigen ervaringen die ik van huis meegekregen had, maar dan had je ook nog de invloeden die van buitenaf op je afkwamen. Je moet als opvoeders ook proberen om op een lijn te staan en dat kan best lastig worden als je allebei een andere achtergrond hebt. Dan heb je nog de vriendjes van je kinderen die wel van alles mochten, of juist minder. Of moderniteiten waar de een wel en de andere niet in mee kon gaan plus de invloeden vanuit de samenleving die via allerlei kanalen op je afgevuurd werden.

En dan waren er nog de geldzorgen, wie is er niet mee groot geworden.

Het is van alle jaren en de meesten onder ons zullen dit herkennen ben ik bang. Logisch, want een gezin stichten brengt enorm veel verantwoordelijkheid met zich mee en zie daar maar eens de juiste weg in te bewandelen. ‘Door schade en schande wordt men wijs’ of ‘Van het concert des levens krijgt niemand het program’, twee spreekwoorden die bij iedereen op een tegeltje aan de muur zou moeten hangen.

Haast elke opleiding schiet hier tekort.

Ik dacht aan voorgaande toen mijn vader onlangs vroeg hoe wij ermee omgingen. Of we nog zwaar in rouw waren of dat het nog niet echt ingedaald was, de wetenschap dat moeder niet meer onder ons is. Dat ze niet meer tastbaar is, dat we niet meer de onbeantwoorde vragen kunnen stellen of dat we herinneringen ophalen met haar. Die vraag hield mij bezig, vooral omdat het niet een vraag was die ik van mijn vader verwacht had. Hij is altijd zo nuchter, realistisch en staat met beide benen op de grond. Maar ik ben er inmiddels achter dat de mens milder wordt met het ouder worden. Dat ‘Als later nu is’ (liedje van Rob de Nijs) mensen zachter maakt en gevoeligheden makkelijker gezegd doen worden.

Maar het heeft ook te maken met de huidige maatschappij waarin we leven.

Een maatschappij waarin alles besproken moet kunnen worden. Maak van je hart geen moordkuil. De hardheid van vroegere jaren: mannen mogen niet huilen en al helemaal niet over hun emoties praten is aan slijtage onderhevig. Godzijdank!

Want zo ontstaan er dan vragen zoals mijn vader die stelde.

Nou Pa, ik heb er vrede mee. Ik ben blij dat ze nu haar rust gevonden heeft en eerlijk gezegd wil ik die laatste jaren dat ze nog bij ons was, vergeten. Omdat zij mij ook vergeten was, een feit waar ze dankzij Alzheimer niets aan kon doen. Maar al die jaren ervoor, al die jaren dat ze mijn moeder nog wél was, zij mij verzorgde als kind, zij mij deed lachen omdat zij zo’n vrolijke en levenslustig mens was, zij mij aanmoedigde langs het voetbalveld ‘Kom op, Muis!’, zij mij boos liet worden omdat ze mij weer eens op mijn (terechte) donder gaf, zij mij bijstond om een goed kosthuis te vinden tijdens mijn studie in Leeuwarden, zij mij wekelijks belde om te luisteren naar al mijn belevenissen in het verre Den Haag, zij mijn kinderen een lieve oma gaf, zij mij steunde wanneer het even niet zo goed ging.

Dat, pa, dat mis ik.

Maar ik weet ook dat het leven eindig is, daar komt niemand onderuit en 94 jaar, dat is een voltooid leven. En jij bent er nog. Aan jouw kunnen we vragen blijven stellen, ook de nog niet beantwoorde vragen of de vergeten herinneringen.

In de geest van moeder denk ik aan dat liedje van Bram Vermeulen, Testament:

‘En als ik doodga, huil maar niet. Ik ben niet echt dood moet je weten,

Het is maar een lichaam dat ik achterliet. Dood ben ik pas als jij dat bent vergeten.’

Dit kan u ook interesseren

Back to top button