Wetsvoorstel lachgasverbod maakt einde aan lachgas in gasflessen voor consumenten
Landelijk – Aan lachgas in gasflessen of grote hoeveelheden patronen komt voor consumenten een einde. Dat komt naar voren in het voorstel voor het lachgasverbod, dat Staatssecretaris Blokhuis (VWS) en minister Grapperhaus (J&V) afgelopen vrijdag in consultatie brengen.
Eind vorig jaar kondigde het kabinet aan lachgas op lijst II van de Opiumwet te willen plaatsen en daarmee recreatief gebruik van lachgas te verbieden. Aanleiding was een risicobeoordeling waaruit bleek dat recreatief gebruik van lachgas tot schade aan de volksgezondheid en samenleving leidt. De ‘eigenlijke toepassingen’ van lachgas, zoals in de zorg, technische industrie en horeca, worden van het verbod uitgezonderd.
Niet voor recreatief gebruik
Blokhuis: “Lachgas wordt steeds vaker en in grotere hoeveelheden gebruikt als drugs, met name door jongeren. Met grote risico’s voor hun eigen gezondheid, maar ook voor anderen, bijvoorbeeld in het verkeer. Zoals de ongevallen met dodelijke afloop in Eindhoven in maart en Rotterdam in mei, waarbij naar alle waarschijnlijkheid lachgas in het spel was. Voor eens en altijd moet duidelijk zijn dat dit een erg schadelijke stof is, die niet voor recreatief gebruik is. Tegelijkertijd wil ik ervoor zorgen dat de sectoren waar lachgas wordt gebruikt zoals het bedoeld is, zoals de auto-industrie en de banketbakkers, hier niet de dupe van worden.”
Het verbod is in goed overleg met deze sectoren opgesteld, zodat het aansluit bij hun dagelijkse praktijk. Naast het verbod wordt ook preventie- en voorlichtingsmateriaal herzien om jongeren te informeren en beschermen tegen de risico’s van lachgas. Juist voorlichting en preventie is naast een verbod van onverminderd groot belang.
Eigenlijke toepassingen
De zorg wordt door het wetsvoorstel niet geraakt, omdat het gebruik van lachgas als geneesmiddel door de Opiumwet wordt uitgezonderd van het verbod. Daarnaast wordt een algemene uitzondering gemaakt voor de technische industrie en de horeca. Aanbieders hoeven hiervoor dus geen ontheffing of vergunning aan te vragen. Wel zijn er kaders geschetst die aangeven hoe deze eigenlijke toepassingen, van productie en handel tot gebruik, eruitzien. Alles dat buiten deze kaders valt, is strafbaar.
Zo mogen groothandels slagroomgaspatronen alleen nog verkopen aan een beperkte lijst van soorten bedrijven, met niet meer dan 5 doosjes van maximaal 50 ampullen tegelijk en alleen als onderdeel van een normaal inkooppatroon, niet afzonderlijk. Het doorverkopen van lachgas wordt in alle gevallen verboden.
Toepassingen voor consumenten
Voor consumenten zijn amper eigenlijke toepassingen van lachgas. Zij mogen alleen lachgas in ampullen kopen en bezitten met het doel hier slagroom mee op te kloppen. Hiervoor geldt dat ze alleen verkocht mogen worden aan consumenten van 18 jaar en ouder en in hoeveelheden van niet meer dan 1 verpakking van maximaal 10 ampullen. Ook moet voor het winkelpersoneel aannemelijk zijn dat het wordt gekocht met het doel er voedsel mee te bereiden. Lachgas in gasflessen valt voor consumenten buiten alle eigenlijke toepassingen en wordt dus in alle gevallen verboden.
Internetconsultatie
Het voorstel ging vrijdag in internetconsultatie. Wie wil meedenken, kan tot 10 juli 2020 zijn ideeën of suggesties over het voorstel meegeven via de website Overheid.nl. Het streven is om het verbod op 1 januari 2021 in te laten gaan.