Column: Herinneringen uit eerste hand
Wanneer ik in de auto zit denk ik aan van alles en nog wat. Maar vooral over onderwerpen waarover ik kan schrijven of enkel een zin die ik kan gebruiken in mijn stukkies. De kunst is om die ‘ingeving’ dan te onthouden maar dat lukt niet altijd. ‘Vergeten gaat steeds beter’ zou mijn moeder dan zeggen.
Op mijn gsm zit wel een geluidsrecordertje maar ja, dan zit je weer met die gsm in de hand hè, dat is niet zo handig tijdens het autorijden… Gelukkig heb ik wel een pen en dan schrijf ik gauw even wat steekwoorden op mijn hand. Dat is volgens mij nog niet verboden. Bij thuiskomst is het dan de kunst het direct even op een papiertje te schrijven want inkt op de hand heeft natuurlijk niet het eeuwige leven.
Vooral tegenwoordig, nu we een paar honderd keer per dag onze handen wassen!
Afgelopen dinsdag had ik ook weer zo’n ingeving toen ik van werk naar huis reed en kalkte ik de ingeving ergens tussen Nooitgedacht en Spijk snel op mijn hand. Eenmaal thuisgekomen vereeuwigde ik de notitie op de computer waarna ik mijn handen weer kon wassen.
Drie dagen later stond het er nóg op!
Ik kreeg het er niet af! Unicura handzeep, Dettol handzeep, Dreft, Ajax, Glorix, Jiff, niets hielp. Nadat ik de schuurmachine tevoorschijn haalde greep mijn vrouw in. Ze vond dat namelijk een beetje overdreven en wist mij te overtuigen dat het vanzelf wel zou slijten. Maar hoe kon het toch dat deze inkt onverwoestbaar was? Ik had een pen gebruikt die ik wel vaker gebruik dus daar lag het niet aan.
Toen viel ineens het kwartje!
Het kwam natuurlijk door het vele handenwassen! Normaal heb je op je handen altijd wel een laagje vet zitten waardoor inkt er ook zo weer vanaf gaat. Maar nu zitten we in een abnormale situatie en poetsen we ons suf. Dat leverde natuurlijk ook weer grappen op, dat op de handen van sommige mensen oude spiekbriefjes en discotheekstempels weer tevoorschijn kwamen.
Discotheekstempels?
Ja, als je vroeger naar de discotheek ging dan kreeg je, na het betalen van de entree, een stempel op je hand. Zo kon je tussendoor even naar buiten om een beetje te vrijen, je ruzie met vriendin of vriend te beslechten of een beetje te ouwehoeren met andere discogangers. Ik was niet van de disco hoor maar ging wel naar dit soort uitgaansgelegenheden toe als puber, voor de gezelligheid en voor de meiden natuurlijk. Ik zong dan vaak mijn lijflied:
‘Disco really made it, its empty and I hate it’, van Gruppo Sportivo!
Wij hadden op Terschelling best wel veel discotheken, Actania, Dellewal en de OK18. En de Braskoer, maar die was net iets minder van de disco in mijn beleving. En eens per maand, als ik bij mijn vriendinnetje in Scheemda was, gingen we naar Night Fever. Mooie tijden waar ik van de week even aan moest denken nadat ik een foto van Actania voorbij zag komen. Want je ziet momenteel veel foto’s van vroegere dagen voorbij komen op Social media. Dat heeft natuurlijk te maken met het feit dat we ons weer thuis moeten vermaken. Als tijdverdrijf duiken heel veel mensen nu in de foto- archieven en plaatsen daar dan foto’s van op Social media.
Van toen ze nog kind waren.
Want daar is nu, sterker dan ooit, behoefte aan. Ik zou dat ook best wel even willen alleen liggen de fotoboeken van mijn jeugd bij mijn ouders op Terschelling. En voorlopig kunnen we daar niet heen. Althans, het is verstandiger om thuis te blijven. Niet alleen omdat ze op een eiland wonen maar omdat het nu gewoon echt verstandiger is niet naar je ouders te gaan, net als naar je opa en oma of je oom en tante.
Of naar welke oudere dan ook.
Daar houden wij ons aan en eerlijk gezegd was ik het al een beetje gewend. Ik zie mijn ouders sinds ik aan ‘de Wal’ woon maar twee, drie keer per jaar. Maar hier aan de wal is dat natuurlijk anders, daar lopen de meeste mensen zo even binnen bij Pa en Ma en nemen dan, onder het genot van een bakkie koffie, de dag of week even door.
Begrijpelijk dat veel mensen dat heel erg missen.
Maar ja, we leven in een rare tijd en zullen ons er doorheen moeten slaan. Volgens mij lukt dat best want de meeste mensen zijn inventief genoeg om de dagen door te komen. Zie het meekijken in de fotoboeken, zie de (vaak grappige) filmpjes die in elkaar geflanst worden en zie hoe mensen zich weer dingen gaan herinneren, inclusief de vaak leuke of boeiende verhalen die de herinneringen nog meer kleur geven.
We hebben weer oog voor elkaar omdat we elkaar eigenlijk best wel missen…
Maar we doen ook klusjes. Nou ja, ik niet. Mijn vrouw, haar broer en haar zoon doen dat. Die zijn nu, terwijl ik lekker zit te schrijven, de voortuin aan het leeg maken. Helaas (..) kan ik niet meehelpen want ik heb een deadline want het is al zaterdag. Daarbij opgeteld de regel dat we niet meer groepjes mogen vormen, drie personen is de max. Het is dus pure overmacht dat ik nu lekker op mijn kamertje zit en zij zich in het zweet scheppen en tillen.
Bij deze mijn oprechte excuses…
Maar zonder gekheid, het is natuurlijk haar eigen schuld. Zij wilde dat de voortuin op de schop genomen werd en ik schoof het liever voorbij de crisis. Maar mijn meisje denkt daar anders over, zij was ook altijd meer van de disco om maar even nog een verschil te noemen. En dat bots wel eens en dan heb ik weer iets om over te schrijven. Zo had ze van de week de keuken gestofzuigd en gedweild. Toen ze net klaar was morste ik wat koffie.
“Potverdorie!” riep ze mij boos toe, “Ik wil bij leven nog een gesprek met je moeder over jou!”
Soms is het ook wel even handig als je ouders even niet bezocht kunnen worden…