Opinie en verhaal

Column: Met afstand een mooie dag!

Een column van Arjen Veldhuizen

- advertentie -

Onlangs kreeg ik een uitnodiging voor een etentje in Den Haag. Een etentje ter gelegenheid van een jubilerende oud-collega, hij was 35 jaar in dienst. Het was op vrijdag, toevallig mijn vrije dag die week en omdat hij en ik elkaar minimaal vier keer per jaar bellen sinds ik weg ben van die werkvloer, besloot ik om er naartoe te gaan.

- advertentie -

Het contact was er warm genoeg voor.

Ondanks dat ik wist dat het dan wel een kort nachtje zou worden. Want ik moest de zaterdag- en zondag werken. Dagdiensten dus om vijf uur het bed uit. Maar ik had het ervoor over en het was ook weer even een kans om de jongens te zien én de kleindochters! Voor mijn vrouw ook genoeg redenen om gezellig mee te gaan.

Tegen drie uur die middag sloten we de oudste kleindochter (4) in de armen.

Als een blij ei stond ze ons boven op haar klimrek-hut-glijbaan op te wachten, want daar had ze het beste uitzicht over de parkeerplaats. Even daarvoor was ze door haar vader ingeseind dat opa en oma Muis uit Groningen er zo aankwamen, nadat wij dat vanuit de auto bevestigd hadden met een locatie-appje. Het enthousiasme van zo’n kindje blijft ons toch elk keer weer verrassen, haar liefde voor ons kent geen afstand. En ach, wat is afstand.

- advertentie -

Nieuw-Zeeland, ja dat is een afstand!

Omdat het erg mooi weer was besloten we om eerst even een ijsje te eten ‘bij de Sluis’ en op de terugweg zouden we dan onze jongste kleindochter (1) ophalen, die zat een dagje bij de opvang. Toen ze ons zag moest ze heel eventjes wennen, maar daarna ging ze los en kregen we de een na de andere gulle glimlach van haar en knuffelden we erop los. Alsof ze wist dat deze opa en oma nog heel veel voor haar zouden kunnen betekenen in de toekomst. Want ja, die wonen in ‘dat verre Groningen’, dus als ze daar dan een keer naartoe wil kan ze mooi logeren bij opa en oma!

Samen met haar grote zus, wat zou dat leuk zijn!

Ik kan mij zoiets niet heugen. Wij gingen wel eens naar onze opa’s en oma’s maar dan meestal met het hele gezin. En hooguit één keer per jaar omdat ze in Castricum en in Jutphaas (Nieuwegein) woonden en wij op Terschelling. In Castricum sliepen we gewoon bij opa en oma in huis. Ik mocht in een opklapbed slapen. Waar de rest sliep? Daar heb ik geen actieve herinneringen meer aan, wel aan het vissen in een vijvertje verderop. Met een bamboestok.

De dobber bestond uit een kurk met een cocktailprikker.

En vast iets wat op een haakje leek maar ook dat kan ik mij niet meer voor de geest halen. Daar heb ik met het ouder worden steeds meer last van, dat details niet meer terug te halen zijn in mijn hoofd. Soms komt er wel eens iets terug wanneer je met mensen uit die tijd herinneringen aan het ophalen bent. Maar dan word je dan ook geconfronteerd met herinneringen die de ene nog wel weet maar waar ik dan totaal geen herkenning meer in zie.

Gelukkig hebben we de foto’s nog.

Klopt, maar destijds waren over het algemeen de foto’s erg schaars. Vooral als je het vergelijkt met vandaag de dag. We maken met zijn allen ontelbare foto’s met onze telefoontjes dus onze kleindochters zouden later gewoon hun hele leven visueel terug kunnen zien. Die hoeven in principe niets te onthouden, dat doen al die datacenters wel voor ze. De laatste jaren heb ik wel wat fotoboeken gemaakt van oude en nieuwe foto’s omdat ik toch die herinneringen letterlijk wil vasthouden, gewoon in de hand. Vaak hoorde ik dan van mensen om mij heen dat zij dat ook eens zouden moeten doen maar het kwam er maar niet van.

Op een nicht van mij na.

Zij heeft stapels digitale fotoboeken liggen, van allerlei periodes in hun leven. Plus nog een archief met echte, analoge fotoboeken uit een verder verleden. Dat was fantastisch om te zien en ja, het gaf ook een gevoel van spijt. Spijt dat ik het zelf nooit zo bijgehouden had. Maar goed, ieder zijn ding en beschreven herinneringen zijn ook herinneringen!

Iets na vijf uur ging het jonge gezin de deur uit want zij hadden een afspraak bij vrienden.

Weer iets later kwam jongste zoon en zijn vriendin binnen. Zij kwamen mijn vrouw ophalen om ook lekker uit eten te gaan. Dat hadden zij aangeboden omdat ze anders alleen zou zitten, omdat ik met oud-collega’s uit eten ging. Een erg lief gebaar wat wij zeer konden waarderen. Weer iets later reed ik naar Delft alwaar ik op de parkeerplaats van het restaurant al enkele oud-collega’s spotte. Inclusief de jubilaris, waardoor ik het cadeau voor hem, een mooi pakket Groninger producten, direct in zijn auto kon zetten.

Even later waren alle aanwezige handen geschud.

Doordat het een lopend buffet was, kon je steeds van plaats wisselen aan tafel en probeerde ik zoveel mogelijk her en der even aan te schuiven. En ja, ook nu weer herinneringen die wij in de afgelopen dertig jaar met elkaar gedeeld hadden. Achteraf viel het mij op dat er geen foto’s gemaakt werden dus om deze avond te onthouden heb ik het maar opgeschreven. Wat ik zeker zal onthouden is de vraag die mij steeds voorgelegd werd:

‘Waar slapen jullie vanavond?’

“Eh.. gewoon. Thuis. In ons eigen bed. En morgen moet er gewerkt worden dus het moest maar even zo.” Nou, dat wekte enorme verbazing. ‘Rijden jullie dan straks weer helemaal terug?’

Het is het bekende verhaal. Voor mensen buiten de Randstad is niets te ver. Waarschijnlijk omdat ze wat nuchterder zijn, ze weten dat ze het niet hoeven te lopen. Maar voor mensen in de Randstad is alles daarbuiten een grote ver-weg-show en blijven ze daar steeds maar verbaasd over.

Dat zal altijd wel zo blijven.

Tegen half een waren we weer thuis en hadden weer mooie herinneringen gemaakt. En een uurtje of vijf later kon ik die herinneringen weer delen met mijn huidige collega’s!

Met afstand een supermooie dag!

- advertentie - 

Dit kan u ook interesseren

Back to top button