Nog steeds moet ik wennen aan mijn nieuwe leeftijd waar ik begin dit jaar mee begonnen ben, namelijk 60 jaar. En nu de volgende verjaring min of meer alweer voor de deur staat weet ik nu al wat men dan straks gaat zeggen: ‘Je kan het weer omdraaien!’ of ‘Je bent weer 16!’
Het leven hangt van clichés aan elkaar.
Alle jubelende ronde cijfers die ik in voorgaande jaren passeerde hebben op mij nooit veel indruk gemaakt. Nou ja, misschien toen ik 30 jaar werd, die is blijven hangen omdat er bij mij een lichamelijke klacht openbaarde. Ik kreeg last van pijn op de borst en ja, dat was reden genoeg om de huisarts te raadplegen. Het zelf opzoeken op het internet was destijds aan mij nog niet besteed.
De huisarts kwam al snel met een conclusie.
Hij keek alleen maar naar mijn buik en wist genoeg. “Je hebt 30 Plus syndroom. Of laat ik het anders formulieren, je begint een 30 plus buik te vormen!” Ik keek hem aan met een blik of ik water zag branden. Hier had ik nog nooit van gehoord. Lachend ging hij weer achter zijn bureau zitten en begon zijn uitleg: “Je krijgt een buikje. Zoals zoveel 30-plussers dat op een gegeven moment krijgen. En aangezien jij je daar tegen verzet, onbewust, ga je verkeerd ademen doordat je je buik in gaat houden, zodat men je buikje niet ziet. Dat verkeerde ademen doe je dan vanuit je borst in plaats vanuit je buik.
“En dan raken je spieren ter hoogte van je borst overbelast en ervaar je deze pijn.”
Het klonk hartstikke logisch. En ja, dat buikie inhouden herkende ik nu eigenlijk ook wel, vooral als er reden was om stoer en krachtig over te komen. Bijvoorbeeld als er dames tegenover mij stonden, dan gebeurde het nog wel eens dat mijn hanen gedrag naar boven kwam.
Onbewust hoor!
Sindsdien heeft mijn lichaam weer haar oude taak opgepakt en ben ik weer gaan ademen via de buik. En met het groeien van die buik ging het ademen ook beter en werd de pijn minder. Ja, ja, het is mirakels! Maar nu ben ik de 60 gepasseerd en heb ik het idee dat het een en ander toch aan het veranderen is. Dat komt deels omdat ik te zwaar ben, ik heb inmiddels een serieuze pokkel die behoorlijk in de weg begint te zitten, maar het komt volgens mij ook door dat getal, door die zes kruisjes die ik inmiddels mee moet sjouwen.
Ja, ik voel mij soms echt een martelaar door mijn leeftijd!
Maar mijn vertrouwen in huisartsen is al 60 jaar goed geweest en tot op de dag van vandaag blijf ik dat vertrouwen hebben. Natuurlijk zoek ik ook wel eens wat op hoor, maar ik zal niet de dokter even vertellen hoe hij of zij mij moet behandelen. Anders was ik wel dokter geworden. Een bezoek aan de dokter omdat ik wennen moet aan deze leeftijd is natuurlijk niet nodig. Het overkomt je over het algemeen en ik mag mij in mijn handen knijpen dát ik het gehaald heb want dat is, helaas, niet voor iedereen weggelegd. Dat besef ik mij donders goed, maar dan nog blijft het raar klinken wanneer iemand mij vraagt naar mijn leeftijd. Negeren is een optie, maar soms word ik ermee geconfronteerd, tegen mijn wil! Want zo kreeg ik twee weken terug een brief van mijn huisarts met de oproep om een prik te halen.
Twee prikken om precies te zijn!
De ene tegen de griep en de andere tegen de pneumokokken. Nooit eerder heb ik een griepprik gehad en van die koks-versie wist ik het bestaan niet eens. Vrouwlief wel natuurlijk maar die werkt in het saikenhoes. Die gaat dagelijks om met al die benamingen. Zij kan ook zonder ook maar een aarzeling of stotter de neusspray Xylometazoline uitspreken.
En mijn naam voluit als ik weer haar chocola opgegeten heb….
De confrontatie zat hem in de regel ‘omdat u geboren bent tussen 1 januari 1961 en 31 december 1964.’ Die kwam binnen hoor! Want je hoeft geen rekenwonder te zijn om te weten dat je dan minimaal 60 jaar moet zijn als je kijkt naar de jaartallen. Daarvan ben ik mij dagelijks bewust wanneer ik mijn bed uit stap en naar de badkamer strompel. Dan moet ik altijd denken aan een oud-collega van mij waarmee ik vroeger hardliep. Hij begon altijd heel rustig, maar kon uiteindelijk de halve en de hele marathon lopen. “Ik moet eerst even warmdraaien.” Zei hij dan.
“Ik ben zeg maar een diesel.”
Ik ben zo’n beetje warmgedraaid zodra ik na het badkamertafereel de hond ga uitlaten. Dan strompel ik nog als een oud vrouwtje de straat uit, maar kom even later als een frisse, jonge God de straat weer in gerend. Dan heeft zelfs de hond moeite om mij bij te houden en ligt zij even later uit te hijgen in haar mand.
In diezelfde week nóg een confrontatie met mijn leeftijd!
Een brief met de mededeling dat ik, ‘mens vanaf 60 jaar’, in aanmerking kom voor een herhaling coronings prikje. Dat is andere koek dan in aanmerking komen voor een enorme prijs die ik gewonnen heb, althans, als ik even al mijn gegevens wil invullen en lid wil worden van een of andere loterij.
De afspraken voor de prikjes werd gemaakt.
Die coronings prik kreeg ik op een leuke locatie, in de kantine van WVV en daarna kon ik mooi even kijken bij de clinic die de Koninklijke Real Madrid daar voor de jeugd organiseerde. Allemaal gratis!
“Wilt u beide prikken?” vroeg de Doktersassistente van de Huisarts mij vriendelijk. “Want dan moet u dat even doorgeven aan mijn collega die de prikjes uit gaat voeren.” En ze wees naar een dame verderop. Twijfel maakte zich ineens van mij meester. Of ik beide prikken wilde. Eigenlijk wel, maar zou dat dan wel goed komen? De assistente zag mij worstelen, maar bleef mij vriendelijk aankijken. Stotterend en met een rood hoofd gaf ik antwoord:
“Nou..ikke…ik heb er wat moeite mee. Die griepprik prima hoor maar die andere…” Zij keek mij vragend aan?
“Moeite met het uitspreken ervan!”