Aly Freije bij Odd Fellow Guldenroede Club
Winschoten – De Groningse schrijver/dichter Aly Freije werd bijna 80 jaar geleden geboren in Veelerveen. Zij groeide samen met haar broer en zus op, op de boerderij die haar vader pachtte van het Rijk. De boerderij lag nagenoeg tegen de Duitse grens. Haar moeder stimuleerde haar dochters van jongs af aan om zich vooral op diverse fronten te ontwikkelen. Dat leidde ertoe dat Aly van huis uit veel kansen kreeg.
Moeilijk om geaccepteerd te worden
Kinderdansles, muziek, het kinderkoor en lid van de tennisvereniging in Bellingwolde behoorde daartoe. Ze ging in Winschoten naar het gymnasium en later studeerde ze sociologie aan de universiteit. Overal waar ze in het oost-Groningse kwam, deed ze de ervaring op dat het als dochter van een pachtboer moeilijk was om volledig geaccepteerd te worden. Op school werd ze gediscrimineerd en op de universiteit liep ze tegen elitair gedrag van medestudenten op. Grensganger noemde ze zichzelf. Ze leerde om over grenzen heen te kijken. We spreken hier over de jaren 1960 – 1970.
Aly vertelde haar boeiende levensverhaal en las voor uit haar werk bij de Odd Fellow Guldenroede Club, die onlangs haar eenjarig bestaan vierde. Om de 14 dagen komen de dames op de maandagavond bijeen. Vanuit de basisgedachte en houding verbinding – verdieping – vertrouwen komen diverse onderwerpen aan de orde en wordt er geluisterd naar een breed scala van muzieksoorten. Op uitnodiging van een van de leden was Aly Freije te gast.
Roman
Deze schrijver/dichter heeft dichtbundels voortgebracht onder de titels: Wondpoeier, met gedichten in het Gronings. Door het Vanggat. Een engel aan de deur, De vloeivelden in en de novelle De donkere kamer. Momenteel werkt ze aan een roman. Ze schrijft zintuiglijk en laat haar fantasie daarbij zijn gang gaan. Beelden vanuit het vroege boerenleven, filmfragmenten, waarnemingen in het landschap, aarde en zon, haar eerste bh, alles komt voorbij in haar gedichten en verhalen.
Nu, na nagenoeg 80 jaar, kijkt Aly Freije terug op een leven met veel facetten. De boerendochter, de pesterijen op school, de student sociologie, Amsterdam, de feminist, de volwasseneducatie waar ze lesgaf, de vrouw van en moeder van een zoon, de ontdekking van haar werkelijke geaardheid, de homoseksualiteit wat destijds als een ziekte werd gezien, de schrijversvakschool, de scheiding, de kanker, de depressiviteit, de schrijver en dichter in haarzelf, de nieuwe partner haar vrouw en nog alle rest. En nog steeds noemt ze zichzelf Grensganger.